Overslaan en naar de inhoud gaan

Spasticiteit is een term die gebruikt wordt bij een verhoogde spanning van spieren of spiergroepen die optreedt buiten de wil van de patiënt. Dergelijke spasticiteit kan aanleiding geven tot ernstige functionele beperkingen en tot hevige pijn.

Oorzaken

  • Een veel voorkomende oorzaak: trauma of beschadiging van het ruggenmerg.
  • Aantal neurologische aandoeningen die over het verloop van de ziekte in verschillende mate aanleiding kunnen geven tot spasticiteit: multipele sclerose, familiale spastische paraparese (Strumpell-Lorraine).
  • Beschadiging van de hersenen door trauma of door zuurstoftekort (bij geboorte of door beroerte).

Behandeling

  • Kinesitherapie: regelmatige mobilisatie van de ledematen met spasticiteit kunnen de ernst en de evolutie van de spasticiteit verminderen en vaak ook de bijhorende pijnklachten.
  • Verschillende vormen van perorale medicatie zoals spierontspanners of GABA agonisten
  • Botulinustoxine: bij zeer plaatselijke spasticiteit van kleinere spiergroepen

Behandeling met GABA agonisten

  • Via toediening in het ruggenmergkanaal.
  • Bij toenemende spasticiteit ondanks alle voorgaande therapie of nevenwerkingen van de medicatie in pilvorm.
  • De medicatie in het ruggenmergkanaal werkt slechts enkele uren. Daarom wordt via een pompsysteem de medicatie continu in het ruggenmergkanaal aangevoerd. Dergelijke pompsystemen kunnen volledig in het lichaam worden ingebouwd.

Procedure voor intrathecale therapie voor spasticiteit

  1. We kijken eerst of de patiënt in aanmerking komt.
  2. We testen eerst GABA agonisten in pilvorm uit.
  3. We voeren proef uit met GABA agonisten ingespoten in het ruggenmergkanaal
    - Kan via herhaalde ruggenmergprik
    - Kan via een buisje (katheter) aangebracht in het ruggenmergkanaal en aangesloten op een onderhuids geplaatst reservoir.
  4. De kinesist/fysiotherapeut evalueert de test.
  5. We plaatsen definitief pompsysteem bij een duidelijk gunstig en dosisafhankelijk effect.

Bijvullen van een pompsysteem
Gemiddeld om de 2 à 3 maanden wordt het pompsysteem bijgevuld via een vuldopje in het midden van de pomp. Dit vuldopje wordt doorheen de huid aangeprikt waarna de rest van het product in de pomp wordt verwijderd en de pomp met nieuw product wordt gevuld. Deze vullingen gebeuren op de raadpleging.