De slijmbeurs ter hoogte van de achterkant van de elleboog kan ontsteken en opzwellen. Als er een infectie aanwezig is, behandelt de arts deze eerst. De zwelling ontstaat vaak door trauma en soms door overbelasting. Als de zwelling telkens terugkomt, kan een ingreep om de slijmbeurs weg te nemen zinvol zijn.
Ingreep
- De operatie gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving, soms onder korte, algemene narcose.
- Als de slijmbeurs niet te groot is, kan de ingreep ambulant doorgaan of tijdens daghospitalisatie. Als er zich problemen voordoen, kan de ingreep ook tijdens een tweedaagse hospitalisatie gebeuren.
- Via een boogvormige snede zal je arts de slijmbeurs vrijmaken en volledig wegnemen. Nadien sluit hij de wonde met een drainage om bloedcollectie te voorkomen.
- Meestal wordt een bovenarm gipsgoot aangelegd. Het gips en de drainage moeten een onderhuidse bloedklonter voorkomen.
Nazorg
- Als jouw arts een bloeddrainage aanlegt, zal je vaak tot 's anderendaags in het ziekenhuis blijven of snel op controle moeten komen. Soms moet er een punctie gebeuren om vochtcollecties te verwijderen.
- Na 10 dagen mag je huisarts of specialist de gips en hechtingen verwijderen.
- In de week na de operatie zijn enkel zachte bewegingen toegestaan om zo weinig mogelijk wrijving te veroorzaken.
Complicaties
- Een bloedklonter trekt na de operatie vaak zeer traag weg en kan leiden tot een nieuwe slijmbeursontsteking. Het lichaam maakt dan opnieuw een soort slijmbeurs. Herval is dus mogelijk.
- De zone rond de wonde kan na de operatie voos aanvoelen, maar dit neemt in de tijd af.
- Zoals bij elke operatie is er risico op infectie en dystrofie.